Zambia: “Door CARE werkt onze gemeenschap samen”

Mable woont in een klein dorp aan een rivier in het zuidwesten van Zambia. De oevers van de rivier zijn vruchtbaar, en staan vol moestuinen en weilanden. Maar het dorp wordt hard geraakt door de gevolgen van klimaatverandering. Extreem weer komt er steeds vaker voor, en hoge temperaturen en lange periodes van droogte zijn hier heel normaal. Regent het juist veel? Dan kan de droge grond dit vaak niet opnemen, waardoor overstromingen ontstaan.

Mable haalt water uit de waterput in het dorp. Foto: Denise Schneider/CARE

Langzaam laat Mable een emmer in een put zakken, en kijkt hoeveel water er nog in staat. Ze moet de emmer vandaag al een stuk verder laten zakken dan de dagen hiervoor. “Ik ben bang dat de put over een paar weken droogstaat”, zegt ze. Als dat gebeurt, moeten Mable en haar buren iedere dag tien kilometer lopen voor schoon drinkwater.

De voornaamste inkomensbron voor het dorp waar Mable woont is landbouw, net als voor 60% van de rest van Zambia. Hierdoor zijn de Zambianen ontzettend afhankelijk van het weer. “We verdienen geld op basis van wat we oogsten. Als er niet genoeg water is, is de oogst schaars en verdienen we dus niet genoeg”, legt Mable uit. De rivier is de levenslijn van het dorp, maar die is een stuk minder diep dan hij lijkt. Als het twee maanden niet regent, droogt de rivier compleet op.

“Eerst probeerden we allemaal voor onszelf om te gaan met de klimaatproblemen. Maar sinds CARE hier is, werkt onze gemeenschap samen”, zegt Mable, die lid is van één van CARE’s gemeenschapsgroepen. CARE heeft in het dorp een klimaatproject opgezet dat zich richt op het weerbaarder maken van de gemeenschap tegen de gevolgen van klimaatverandering, door boeren duurzame, lange termijn oplossingen te bieden.

Gladness in haar moestuin. Foto: Denise Schneider / CARE

De 23-jarige Gladness Siakwale en haar man verbouwen één van de velden aan de rivier. Ze is lid van dezelfde groep als Mable. Gladness en haar familie van zes leeft van het geld dat ze verdienen met de verkoop van hun groenten in een nabijgelegen dorp. Ze verbouwen onder andere tomaten, sla, rode uien en bonen.

“De meeste winst komt van de rode uien. Tomaten zijn gevoelig voor pesticiden, dus daarom is het belangrijk dat we afwisselen in wat we verbouwen”, vertelt Gladness. Deze afwisseling zorgt ervoor dat wanneer één van de plantensoorten in de moestuin besmet is, de andere planten nog steeds kunnen groeien. CARE voorziet de gemeenschap van Mable en Gladness van droogte-bestendige zaden, en geeft trainingen in hoe zij, ondanks de klimaatomstandigheden, zo veel mogelijk kunnen verdienen. Gladness is vooral trots op de ossenkar die ze onlangs heeft gekocht met haar inkomsten van de uienverkoop. “Ik hoop dat we onze gewassen snel kunnen uitbreiden, en zo nog meer kunnen verdienen”, vertelt ze.

Febby plant nieuwe bomen. Foto: Denise Schneider / CARE

Febby Nachibanga is aan het werk op een boomkwekerij in hetzelfde dorp. In de zwarte plastic bakken schept ze grond, plant er zaadjes in en geeft ze vervolgens water. Ze zet de nieuw geplante bomen tussen de rest van de bomen in de kwekerij, die allemaal van verschillende groottes en leeftijden zijn. Febby plukt onkruid weg terwijl ze vertelt: “de boomkwekerij is heel belangrijk voor ons dorp. We verdienen er geld mee, terwijl we er tegelijkertijd onze landbouw mee beschermen.”

In samenwerking met de boeren uit het dorp heeft CARE kwekerij projecten opgezet. CARE voorziet in zaden, en de inwoners uit het dorp werken samen in de kwekerij. Ze vullen de bakken met grond, geven de planten water en wieden onkruid. Iedereen werkt mee om de bomen goed te laten groeien, omdat ze er allemaal profijt van hebben.

“Door de bomen hebben we water en schaduw. Ook verkopen we ze, waardoor we extra inkomsten hebben.”

Mable, agrariër in het Zambiaanse dorp

Sterker nog; de bomen hebben een hoop voordelen voor de inwoners van het Zambiaanse dorp. Het gebied rondom de rivier is tegenwoordig niet meer zo begroeid als het vroeger was. De bomen die er ooit stonden zijn gekapt voor houtskool- en tabakproductie. “Zonder bomen hebben we geen schaduw of water”, zegt Mable. De lange boomwortels houden de bodem van het gebied vochtig. Afgebladerde bladeren bevruchten de gewassen en dienen als voer voor vee, en gevallen takken worden gebruikt als vuurhout. Daarnaast levert de kwekerij geld op: “door een deel van de bomen die we planten te verkopen, hebben we een extra inkomen naast de verkoop van groenten uit onze moestuinen.”

Mable bij de maïssilo. Foto: Denise Schneider / CARE

Een andere plek in het dorp laat zien dat ook kleine innovaties een groot effect kunnen hebben. Mable wijst naar vier stokken die uit de grond steken. “Hier ligt een silo onder de grond, waar we maïs opslaan om het te beschermen tegen vocht en pesticiden.” In het droge seizoen wordt de maïs gebruikt als veevoer. “Dat hebben we tijdens één van de trainingen van CARE geleerd”, vertelt ze.

Mable, Gladness, Febby en hun dorpsgenoten strijden samen tegen de gevolgen van de klimaatcrisis. Hun samenwerking en sterke wil om de levens van de gemeenschap te verbeteren brengen hen samen. Ondanks de barre klimaatomstandigheden willen ze blijven groeien en leren, en CARE ondersteunt hen hierbij.