Lokaal geleide klimaatadaptatie: hoe werkt dit bij CARE?

Klimaatverandering leidde de afgelopen twee decennia tot meer dan 7000 rampen met 4 miljard getroffenen en 3 biljoen dollar aan schade. Klimaatkwetsbare landen in het mondiale zuiden vangen de zwaarste klappen, terwijl zij nauwelijks bijdragen aan de CO2-uitstoot die de klimaatcrisis veroorzaakt.

Financiering voor klimaatadaptatie binnen de landen die het hardst geraakt worden door klimaatverandering is hard nodig. Zo kunnen de gemeenschappen in deze landen hun weerbaarheid tegen klimaatverandering vergroten. Adaptatie die wordt ontworpen en geïmplementeerd door lokale actoren en met behulp van inwoners uit de desbetreffende gemeenschappen, is het meest effectief en heeft de grootste impact op lange termijn. CARE maakt zich wereldwijd hard voor het steunen van gemeenschappen in klimaatkwetsbare posities, maar hoe maken we hier zelf eigenlijk werk van? We vertellen je er alles over!

Agrariërs uit Mozambique werken op het land. CARE werkt samen met gemeenschappen in het land om een duurzaam bestaan op te bouwen. Foto: Josh Estey/CARE

Locally Led Adaptation Principles

Om klimaatadaptatie op lokaal niveau te stimuleren, werden in 2022 de Locally Led Adaptation Principles geïntroduceerd. Deze principes werken als richtlijn voor organisaties die zich richten op klimaatadaptatie, en werden door meer dan 100 organisaties wereldwijd – van ngo’s tot overheden – ondertekend.

De principes zetten in op een ‘whole-of-society‘ benadering, waarbij gemeenschappen samenwerken met lokale en nationale overheden, organisaties en ondernemers. Zo krijgen inwoners uit gemeenschappen die direct te maken hebben met klimaatverandering zeggenschap over klimaatadaptatie in hun eigen omgeving. Het is hierbij cruciaal dat de verantwoordelijkheid voor het identificeren, plannen, implementeren en monitoren van de adaptatie-initiatieven bij de gemeenschap ligt. Daarnaast dragen de publieke en private sector en het maatschappelijk middenveld bij met financiering en kennis.

Ook CARE ondertekende de principes, en werkt al meer dan twintig jaar aan zogeheten community based adaptation. Aan de hand van drie projecten, SHAKTI in India, PRODRIPTA in Bangladesh en LLAP in Zambia, lichten we toe hoe CARE dit in haar werk toepast.

Lokale behoeften en capaciteit staan centraal in besluitvorming

Bij het tegengaan van en omgaan met klimaatverandering op lokaal niveau, is het van belang dat gemeenschappen zelf de leiding hebben. Zij weten namelijk het beste welke actoren en machthebbers ingezet moeten worden. In de community based adaptation projecten van CARE worden gemeenschapsbijeenkomsten georganiseerd, om zo betrokkenheid en discussie rondom besluitvorming over klimaatadaptatie te bevorderen.

Samen worden de risico’s en kwetsbaarheden binnen het veranderende klimaat in kaart gebracht, waarbij specifiek rekening gehouden wordt met de impact ervan op gender(on)gelijkheid. Tegelijkertijd wordt er gekeken naar de beschikbare capaciteit binnen de gemeenschap om de weerbaarheid tegen klimaatverandering te vergroten. Ook wordt bepaald welke rol vrouwen hierin kunnen en moeten spelen. Op basis van deze informatie worden gezamenlijke plannen opgesteld. Ook in CARE’s PRODRIPTA project in Bangladesh wordt deze vorm van besluitvorming toegepast:

“Binnen het PRODRIPTA project wordt de input van lokale stakeholders, inwoners en dienstverleners verzameld. Zo worden plannen gemaakt met medezeggenschap van de gemeenschap.”

Mrityunjoi Das, CARE Bangladesh

Mrityunjoy Das, CARE Bangladesh: “PRODRIPTA betrekt inwoners en lokale actoren bij het maken en uitvoeren van ontwikkelingsplannen. Aanbevelingen van lokale stakeholders, gemarginaliseerde inwoners uit de gemeenschap (zoals vrouwen, jongeren, mindervaliden, ouderen en sociaal achtergestelden) en dienstverleners (zoals boeren, vissers en riksja bestuurders) worden verzameld. Dit vormt de basis voor een Community Action Plan, waarbinnen – met medezeggenschap van de gemeenschap – plannen worden gemaakt voor adaptatie. Lokale organisaties, zoals de Women Leader Organization, helpen vervolgens met het uitvoeren van dit ontwikkelingsplan.”

Josna Rai is één van de deelnemers van een CARE-project dat zich richt op het versterken van agrarische gemeenschappen in Bangaldesh. Foto: Tapash Paul/CARE

Het aanpakken van structurele ongelijkheid

Vaak zijn het gemarginaliseerde groepen die leven op de plekken waar klimaatverandering de grootste gevolgen heeft. Door bijvoorbeeld overstromingen en droogtes hebben zij slechts beperkte middelen, en moeten zij zich aanpassen om in hun levensonderhoud te kunnen voorzien. Door structurele ongelijkheden worden deze groepen over het algemeen niet betrokken bij besluitvorming over klimaatadaptatie. Daardoor worden ze nauwelijks gehoord, terwijl zij juist het beste weten wat nodig is om hun weerbaarheid te vergroten. In het SHAKTI project in India pakt CARE deze ongelijkheden aan:

Jyoti Prakash Rath, CARE India: “Het SHAKTI project is actief in gebieden waar voornamelijk gemarginaliseerde gemeenschappen wonen. Het project heeft specifiek aandacht voor vrouwen binnen deze gemeenschappen, die nog minder gehoord worden. SHAKTI ondersteunt vrouwelijke agrariërs, zodat zij hun vaardigheden en capaciteiten volledig kunnen benutten. Bovendien brengt CARE hen in contact met relevante stakeholders en besluitvormers, waardoor zij hun invloed kunnen uitoefenen.

“SHAKTI erkent dat vrouwen alleen niet altijd de nodige verandering teweeg kunnen brengen. Daarom betrekt CARE ook mannen bij het project, en moedigt hen aan om vrouwelijke deelnemers te ondersteunen.”

Jyoti Prakash, CARE India

SHAKTI erkent echter dat vrouwen alleen niet altijd de nodige verandering teweeg kunnen brengen. Daarom betrekt CARE ook mannen bij het project, en moedigt hen aan om de deelname van vrouwen te ondersteunen. SHAKTI pakt structurele ongelijkheden aan door een omgeving te creëren waarin gemarginaliseerde groepen gehoord worden en de positie van vrouwen verbeterd wordt.”

Lange termijn impact en mogelijkheden op lokaal niveau

De zogeheten ‘whole-of-society‘ aanpak van CARE, zorgt ervoor dat projecten een blijvende en geïnstitutionaliseerde impact hebben. Het is hierbij van belang dat gemeenschappen, overheden en ondernemers zich op eigen wijze aan kunnen passen aan het veranderende klimaat, ook nadat de projectfinanciering voorbij is. Mede doordat CARE de netwerken van gemeenschappen vergroot en hen verbindt met overheden en ondernemers, kan er op structureel niveau beter worden samengewerkt. Met het LLAP project ondersteunt CARE Zambia duurzame relaties, en zorgt het voor autonome acties vanuit de gemeenschap:

Isaac Phiri, CARE Zambia: “Het LLAP project slaat een brug tussen overheidsinstellingen en gemeenschappen. Vaak hebben overkoepelende overheidsinstanties niet de middelen om gemeenschappen te bezoeken, en weten ze daardoor niet wat er zich afspeelt onder de bevolking. Daardoor weten ze ook niet wat er nodig is voor klimaatadaptatie. Met dit project brengt CARE gemeenschappen en overheden samen, waardoor overheidsinstellingen de behoeften van inwoners beter in kaart kunnen brengen. Een voorbeeld hiervan is dat een gemeenschap aangaf behoefte te hebben aan een dam, zodat de watervoorziening beter gereguleerd kon worden. De overheid was hier niet van op de hoogte, maar bleek achteraf wel de financiering en ontwikkeling te kunnen regelen.”

De Zambiaanse Buumba Chilimba heeft al lang last van slechte oogsten door klimaatverandering. Via CARE kreeg ze duurzame zaden die beter bestand zijn tegen extreme weersomstandigheden, waardoor haar oogst weer beter werd. Foto: Sarah Easter/CARE

Werk aan de winkel

Ruimte voor verbetering is er natuurlijk altijd. Het blijft als internationale ngo namelijk lastig om plannen volledig te ontwikkelen op basis van de behoeften binnen gemeenschappen, doordat donoren deze lange termijn flexibiliteit niet altijd bieden. Daarom maakt CARE zich bij overheden en private donoren hard voor het belang van flexibele lange termijn financiering.

Bovendien is het van belang om de toegang tot financiering laagdrempeliger te maken en te werken met kleinere startbedragen. Op die manier worden meer lokale, door vrouwen geleide organisaties bereikt en wordt vrouwelijk leiderschap versterkt. Het is voor zowel donoren als internationale organisaties belangrijk om hier nadrukkelijk op in te zetten. Want niemand kent de behoeften van een gemeenschap beter dan de inwoners zelf.