Na 12 jaar lijken de uitdagingen van het Syrische conflict niet af te nemen

In maart 2011 begon het conflict in Syrië. Na 12 jaar zijn hierdoor ongeveer 300 duizend burgers om het leven gekomen, zijn meer dan 13 miljoen mensen binnen de landsgrenzen op de vlucht en heeft het grootste deel van de bevolking behoefte aan humanitaire hulp.

Hana is geboren in 2011. Toen ze twee jaar oud was, werden zij en haar familie gedwongen te vluchten. “Hield de oorlog maar op, zodat iedereen naar huis kan terugkeren en alle kinderen weer naar school kunnen,” zegt ze. Foto: Shafak/CARE.

Sinds de verwoestende aardbevingen van eerder dit jaar, zijn de humanitaire behoeften nog dringender geworden. Gemeenschappen in Syrië die zich in kwetsbare posities bevinden, krijgen klap na klap te verwerken. Sommigen van hen begeven zich over de grens in buurland Turkije. Er wordt verwacht dat 10 procent van de mensen die bij de aardbevingen zijn omgekomen, uit Syrië afkomstig zijn.

Een van de ergste crises van deze tijd

Al voor de aardbevingen van begin dit jaar, werd de situatie in Syrië beschreven als een van de ergste humanitaire crises van deze tijd. Vandaag de dag spelen er meerdere humanitaire crises tegelijk in Syrië: een aardbeving, een cholera-uitbraak die 1,2 miljoen mensen bedreigt, zorgelijke levensomstandigheden als gevolg van meer dan een decennium van aanslepende conflicten, en door het klimaat veroorzaakte crises.

Vorig jaar schatten de Verenigde Naties (VN) dat in 2023 zo’n 15,3 miljoen mensen humanitaire hulp nodig zullen hebben – een stijging van 5 procent vergeleken met het voorgaande jaar. Door de nieuwe golf van verwoesting en ontheemding als gevolg van de aardbevingen, ligt dat aantal nu waarschijnlijk nog veel hoger.

“Voordat de recente aardbevingen in Noordwest-Syrië plaatsvonden, werden vrouwen er al geconfronteerd met moeilijkheden als gevolg van het conflict, zoals het moeten vluchten binnen de landsgrenzen. Ze moesten voor hun gezin zien te zorgen met weinig mogelijkheden om in hun levensonderhoud te voorzien. Nu hebben de aardbevingen de zaken nog erger gemaakt voor hen en andere gemeenschappen die zich in een kwetsbare positie bevinden in de regio. Dit is echt een trieste situatie die langdurige negatieve gevolgen zal hebben voor hun geestelijke en lichamelijke gezondheid en hun sociale welzijn.”

Sherine Ibrahim, Country Director CARE Turkije
  • De VN-vluchtelingenorganisatie schat dat sinds 2011 zo’n 6,8 miljoen mensen Syrië hebben ontvlucht. Ongeveer 80 procent van deze mensen zijn vluchtelingen die in de buurlanden Turkije, Jordanië en Libanon zijn geregistreerd, waarvan meer dan de helft in Turkije.
  • Syrië telt ook het grootste aantal binnenlandse vluchtelingen, namelijk 6,8 miljoen. Zo’n 31 procent van deze binnenlandse ontheemden, woont in noodopvanglocaties in het noordwesten en noordoosten van Syrië. Zij hebben levensreddende hulp nodig.

Wat doet CARE in Syrië?

CARE en haar partners werken sinds 2013 in Noordwest-Syrië en Turkije aan gemeenschapsgeleide programma’s die zowel noodhulp als steun op langere termijn bieden aan zowel binnen- als buitenlandse vluchtelingen. In het afgelopen fiscale jaar bereikte CARE meer dan 700 duizend mensen in Turkije en meer dan 1,8 miljoen mensen in Syrië.

CARE heeft ook haar aanwezigheid uitgebreid om gemeenschappen die zich in kwetsbare posities bevinden in het noordoosten van Syrië te kunnen bereiken, waaronder degenen die in overvolle kampen voor binnenlandse vluchtelingen wonen. CARE bereikt in Noordoost-Syrië meer dan een miljoen mensen om in hun noodbehoeften te voorzien.

Vrouwen en meisjes

CARE roept op tot een meer omvattende aanpak van de humanitaire hulp in Syrië, die zich aanpast aan de veranderende behoeften van mensen die langdurig binnenlandse vluchteling zijn. De humanitaire gemeenschap moet vooral meer investeren in waardige levensomstandigheden en economische ondersteuning voor vrouwen en meisjes, die een grotere last op zich nemen naarmate de humanitaire omstandigheden verder verslechteren.